BINNENPARKING – Volgens een enquête georganiseerd door het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming zijn steeds meer schoolkinderen tevreden over hun resultaten voor wiskunde, en dat terwijl de punten zelf duidelijk de dieperik in gaan. Volgens het ministerie is maar één conclusie: leerlingen zijn zo slecht in wiskunde geworden dat ze niet meer begrijpen dat ze gebuisd zijn. Onze reporter sprak met enkele probleemgevallen.
“Voor mijn laatste toets over breuken heb ik een drie op twintig gekregen”, zegt Victor (9) uit het vierde leerjaar. “Dat wil dus zeggen dat ik drie punten extra heb gescoord bovenop het maximum. Toch? Da’s 23/20! Gast, wat zitten die boomers te spekken? Ik ben echt keigoed bezig.”
Ook Tessa (11) uit het vijfde begrijpt niet waarom de magere 40% die ze voor haar eerste dagelijks werk haalde een onvoldoende is. “Wat is hier onvoldoende aan? Procenten zijn like so basic. Ik druk mijn eigen prestaties liever uit in kleuren. Wel, ik vond mijn eigen werk dit semester best oker. Niet magenta, zoals ik wou, maar toch oker. Hallo? Een beetje vrij expressie misschien?”
Toen ik bij wiskunde 1 keer iets van het schoolbord niet snel genoeg had overgenomen en bij mijn buurman keek en hij politiek correct zijn elleboog langs zijn schrift boog omdat ik spiekte, werd hij de beste van de klas en heb ik nooit meer een voldoende gehaald. Ik had er genoeg van. En door de integratie word je gedwongen naast steeds grotere debielen te zitten, waardoor niemand nog iets begrijpt. Want democratisering is altijd aanpassing aan het laagste niveau. Alleen zij die hun ellebogen gebruikt hebben, bereikten de top, dat zie je dagelijks aan onze economische bestuurders.
Politiek zie je hetzelfde patroon, de meest achterlijke figuren zijn het meest overtuigd van hun kunnen.
Ik ben van wiskunde overgestapt op wijskunde. Ik ben hierin leraar en leerling van mezelf.
Dat is de enige onafhankelijkheid die je hebt.